Harlingen, inventarisatieboeken

Sinds september 2016 zijn leden van de Werkgroep Archiefonderzoek, een werkgroep van de Vereniging Oud Harlingen, bezig met het overnemen van de belangrijkste gegevens uit de 33 Inventarisatieboeken van Harlingen. In deze boeken staan verslagen van inventarisaties van sterfhuizen, zoals die plaatsvonden van 1589 tot 1727. Het project RedBot stelde hiervoor welwillend de foto's van deze inventarisatieboeken beschikbaar, het Hannemahuis een werkruimte en het Stadsarchief inhoudelijke ondersteuning. We zijn ze dankbaar.

De inventarissen die aan een bepaald adres zijn toegeschreven zijn ook zichtbaar via 'Huizen -> Zoek je huis'. In onderstaande lijsten is dat adres ook zichtbaar. Een groen adres geeft aan dat het adres vrij zeker juist is. Bij niet groene adressen is dat minder zeker, maar het is hopelijk toch minstens in de buurt. Zoals altijd zijn de kolommen te sorteren door op de kolomkop te klikken, boven de tabel kan snel naar de juiste letters of de juiste pagina worden gesprongen, en door op een adres te klikken verschijnt de pagina met alle bekende gegevens van dat adres.

N.B. Alleen als de lijst is gesorteerd op datum, is de extra kolom 'relatie' te zien, omdat die alleen dan de relatie met de volgende persoon in de lijst kan weergeven.

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 2023-06-24 09:18:17



Vindplaats: Tresoar, Nedergerecht Harlingen (13-16) inventarisnummer 217 folio 318r

Pand: Kleine Bredeplaats 23

Inleiding: [0318r] Ontsegelinge van slotten ende vervolgens inventarisatie ende beschrijvinge gedaen ten overstaen van de praesiderende Burgemeester Lourens Asperen als commissaris, geadsosieert met Alexander Widenbrugh secretaris, ten sterfhuyse van Trijntie Sipkes weduwe van wijlen de vroedsman Reyn Lolckes, naelatende een kints kindt Claes Eeverts genaemt, old 8 a 9 jaren ende dat van alle sodanige goederen, actien ende credyten, als de overledenen metter doodt ontruymt ende naegelaten heeft, sijnde de aengevinge de goederen gedaen door Merckjen Reyns olste dochter van de overledene, de welcke, bij manuale stipulatie belooft heeft om alles getrouwelijck te sullen op en aengeven, waer op dan tot de beschrijvinge is geprocedeert soo volght. Actum de 14e November 1688.

Inventaris: 
[0318r] In de binnen kaemer 
1 een bed met een peul 
2 twee oorkussens daer over twee slopen 
3 een groene deken 
4 twee groene gardijnen met een rabath 
5 een groen schortsteenkleedt 
 
[0318v] 6 drie heele en drie schardige pasteleinen pannen 
7 ses pasteleinen kopkes 
8 acht klapmutskes 
9 twee kelkjes met een fles 
10 vijff schilderijen met twe spiegels 
11 seven stoelen met seven stoelkussens 
12 een witte schael met een glas gordijntje 
13 een tafel, een pars met een schabeltje 
14 een klein eeken hangend kaske. 
15 twe kapmutskes, doch een stucken 
 
Linnen 
16 twee en twintigh vrouwen hembden 
17 dartig mans hembden 
18 vier jongens hembden 
19 een dito 
20 achtien lakens 
21 seven wijtlingen 
22 negen peuldoeken 
23 twee dito 
 
[0319r] 24 vier vrouwen hembden 
25 drie lakens met een wijtlingh 
26 achtien sloopen 
27 seven witte Schorteldoeken 
28 acht nachthalsdoeken 
29 twintigh neusdoeken 
30 drie tafellakens 
31 noch twee dito 
32 ses en twintigh servetten 
33 een lapke linnen doek drie ellen langh 
34 vier bonte sloopen 
35 twee bonte handdoeken, een paer bonte mouwen 
36 seven Blauwe Schorteldoecken met een handoek 
37 eenighe lapkens doek van weinigh waerdij 
 
[0319v] Wollen 
38 een witte spaense deeken 
39 een groene deeken 
40 een lakens met een sayen blauwe rock 
41 een dito swartlakens 
42 een dito greinen 
43 een swart hersayen schort 
44 drie paer swarte mouwen 
45 twee swarte met een roode schorteldoek 
46 een spinmanteltie 
47 een paer bloem fluwelen mouwen 
48 teeck tot twee oorkussens 
49 een swart schort met een paer kousen 
50 drie mantelties 
51 een overlijff, met een borstrock, ende een paer mouwen 
52 een wollen werpen schort 
 
[0320r] 53 een reissack met een kinder deekentje 
54 twee groene tafelspreden 
55 twee kappen 
 
Silver 
57 een silveren schulpbeeker doch Claes toe gelegateert 
58 een dito andere beeker, doch Sipke Reyns toe gelegateert 
59 drie silveren beekers 
60 een silveren half mengelen 
61 een silveren molen beeker 
62 twee silveren soutvatjes. 
63 twee en twintigh silveren lepels 
64 een silveren kop 
65 een brandewijns kroeske een silveren bril met een knoop. 
66 een gouden ringh 
67 een silveren haeck met twee kettinghs 
68 en 69 een bijbel met silveren beslagh daeraen een silveren kettingh 
 
[0320v] Bryven en instrumenten 
Een Acte van ontscheidinge van vaderlijcke goederen gedateert den 14e Junij 1684. 
Een handtschrift ten laste van de Gemeensman Hylaarda van dato den 2e November 1685 ter summa f 500-00-00 
de intres daervan betaelt. 
Dito een handschrift ten laste van de selve ter summa van 250 Caroliguldens, gedateerd den 1e May 1685 f 250-00-00 
de intresse mede betaelt. 
Een hantschrift ten laste van Sybren Longerhouw gedateert den 21e Junij 1688, ter summa van f 400-00-00 
Een obligatie ten laste van dominus Jacobus Oldenburgh van dato den 1e may 1676 continerende nogh als reste f 100-00-00 
op dese drie jaren intres te goede. 
Een reversael bij Schelte Taetses aen Trijntie Sipkes ende Sybren Dirx Longerhouw gepasseert, een holtmolen, voor twee duysent vijff hondert en dartigh Caroli guldens, volgens voorschreven brijven gedateert den 14e Junij 1688 tot profijte van 't sterfhuis hier noch op te goede f 600-00-00 
[0321r] Een hantschrift te laste van Sipke Reyns gedateert den 1e may 1688, ter summa van f 550-00-00 
Een testament gemaekt door Trijntje Sipkes, weduwe van wijlen Rein Lolkes gedateert den 10e december 1686. 
[marge: Dese twee onwis, ende alsoo voor memorie hier alleen] 
Een obligatie ten laste van Remmert Hendricks boendermaker gedateert den 1e may 1666, f 100-00-00 
de intres te goede 
Paulus Bontekoe debet volgens obligatie aen dese sterfhuise gedateert den 5e may 1670, f 1100-00-00 
Een proces aengegeven, leggende onder het Hof van Justitie, tegens Wiltetus Jelgersma cum uxore. 
Een oud schrijfboek met eenige oude bryven daerin van geen belangh. 
 
In 't voorhuys 
70 Een winkeltie daerin enigh winkelgoed van sijde, koorden ende boorden ende andersints, niet heel veel bedragende en daerom niet weerdigh, om geheel off stick voor stick opgeteikent te worden 
71 Een toornbanck met een laad daerin f 3-09-00 
72 Een ijseren ellen 
73 Een oud spinwiel met een oude naykorff 
 
[0321v] Int lootske 
74 een oorkussen 
75 twee groene gordijnen, met een rabath 
76 een schoorsteenkleedt 
77 vijff stoelen 
78 drie stoelkussens 
79 een schilderij met een spiegel 
80 twee pasteleinen pannen met een klapmuts 
81 twe Delfse pannen 
82 twee sleghte schutteltjes 
83 een slaepbanck daerin 
84 een bed met een peul 
85 twee oorkussentjes 
86 een laken met een wijtlingh 
87 twee deekens 
88 een klein oud kaske 
 
In de spijskamer 
89 een tafeltie 
90 een lanteern met een slaeds emmer 
 
[0322r] 91 een doos met eenigh oud linnen ende hoofdgoedt 
92 twee kannen 
93 eenigh rommelerij van schuttels 
94 een scherm met een tange 
95 een eeken kaske 
96 een kaske met laetjes daerin int geheel elleff gulden ende acht stuivers 
97 een fogels kouw met een foogeltje 
98 vier houtwrijvers 
99 een mantelstock 
101 twee mangelborden 
102 een oude bijbel ende een testament 
 
Achter bij ende op de plaets 
103 een heen koperen angijser 
104 een treeft met een kettingh 
105 twee wateremmers met een luywagen 
106 een wastobbe 
107 een akerke met twee ijseren potten 
108 een koperen kandelaerke 
109 een rackje met eenigh schuttelgoedt 
 
[0322v] Op het opkamerke 
110 een bed met een peul 
111 seven oorkussens 
112 een schoorsteenkleedt 
113 ses schilderien 
114 twee dito, een uyt de list 
115 ses pannen 
116 twee pasteleinen kopkes met drie slechte 
117 een lanteern 
118 twee gootlingen 
119 een messchen schuymspaen met een hackmes 
120 een tinnen pernaeld en een tinnen lamp 
121 een fles met een silveren dop 
122 een bijbel en eenige andere oude boeken 
123 drie stoelen en een kerkstoel 
124 drie stoelkussens 
125 twee en twintigh roven gaern gesponnen. 
126 een spinwiel 
127 een bed met een peul 
 
[0323r] 128 drie oorkussens 
129 twee deekens 
130 een raeger 
131 een banckjen met wat rommelingen 
132 twee rocken en een overlijff 
133 een borstrock 
134 een kaske daerin 
135 drie pasteleinen pantjes met een klapmuts 
136 twee dito sicierkes 
137 een wijtlingh 
138 acht laekens segge twaleff laekens 
139 vijff peuldoeken 
140 acht sloopen 
141 een hembd 
142 een schorteldoek 
 
[0323v] 143 twee naghthalsdoeken 
144 drie kindere doeken met een neusdoeck 
145 ses tafellakens 
146 twaleff servetten 
147 een stuck doek 
148 een paer hoosen met een paer wanten 
149 een kindere dekentje 
150 een stickjen geferfdt gaern 
151 een doosje met ouderwets kindergoedt 
152 eenige bosken gaern 
 
Gelt 
153 een ent sestigh ducatons 
154 vijf en dartigh valueerde rijxdaelders 
155 een stuck maeckt geldt, ende twe vreemde stuckjes 
156 vijff gulden aen pajement 
157 hier om gespecificeert wordende twaleff stucken goud soo groot als kleen, noch een stuckjen in de coralen hangende 
 
[0324r] 158 twee gouden ringen 
159 een silveren beekerke 
160 vijff silveren leepels 
161 een silveren hecht 
162 een silveren schaeltje 
163 een silveren brandewijns kroeske 
164 een silveren haeck met 2 silveren beugels 
165 een signet met een silveren vingerhoedt 
166 twee kannen met silveren lidden 
 
Vastigheden 
167 een huys staende op de Brede Plaets waeruyt de overledene gesturven is 
168 de huysinge naest de schuyr staende, tegenwoordigh bij Sipke Reins bewoondt wordende 
[0324v] 169 de woninge daernaest bij Thomas Feykes wordende bewoondt 
170 de halve huysinge bij 't weeshuys staende wordende bij Fedde Gerbens gewoondt, ende Claas Eeverts bij testament toegemaeckt, gelijck mede de halve schuyre. 
171 de schuyr daer in de gortmolen staet, doch is Sipke voor uyt gemaeckt. 
 
De stucken hier voor gedacht ende opgetekent beslaen in volgende specie: 
172 een porteglose waerdigh f 50-00-00 
173 een Elisabeth waerdigh f 23-00-00 
174 twee gouden Ducatons yder 15 guldens f 30-00-00 
175 een gouden rijder waert f 13-00-00 
176 een stuck goud in een koralen kettingh waerdigh off getauxeert op f 20-00-00 
177 een kruysaert waerdigh f 17-00-00 
---------- 
f 135-00-00 
 
[0325r] 178 een rosenobel waerdigh f 11-00-00 
179 een Henricus nobel weerd f 10-00-00 
180 een gouden leeuw weerd f 7-00-00 
181 een halve rosenobel f 5-10-00 
182 twe ducaten yder vijff guldens f 10-00-00 
---------- 
f 43-10-00 
f 153-00-00 
---------- 
f 196-10-00 
 
Compareerden vervolgens op den Raedhuyse der stadt Harlingen, voor de Heere Burgemeester Louwrens Jacobs Asperen als Commissaris, geadsocieert met Alexander Widenbrugh secretaris, ds. Regnerus Lollides Bediennaer des Godtlijcken Woort in den dorpe Kimswert, als geauthoriseerde curator ad hunne actum divisionis over Claes Everts, soon van de coopman Evert Claessen, bij sijn wijlen eerste huysvrouw Tyttie Reyns in echte getogen, samt Sybren Longerhou als man en vooghd over Mirckjen Reyns, de Gemeensman Syerck Dircks Hylaarda als man ende vooghd over Jancke Reyns, sampt Sipke Reins voor hem selven, alle in voorgenoemde qualiteit, erfgenamen van wijlen Trijntie Sipkes, weduw van de vroedsman Reyn Lolckes, om met elxanderen te maken deylinge ende scheydinge van des overledens naegelaten goederen, in desen boven ende vorenstaende inventaris gedacht ende aengeteekent, in manyeren soo volght. 
 
[0325v] Eerstelijck comt alhier voor profijttelijck de summa van vier hondert ses en twintigh Caroliguldens 8 stuivers wegens de mobilen, bestaende in linnen ende wollen, porceleyn, bedgoed ende vordere huisgeraden, getauxeert door Neeltie Hessels ende Fyke Gerryts, beide uytdraegsters en dat onder solemnelen eede f 426-08-00 
Wat ontgemunt silver aen grote keur 132 lood, aen kleine keur 130 lood, te samen bedragende twee hondert twee ent sestigh Caroli guldens f 262-00-00 
Drie gouden ringen bij Trijntie Hendrix gewogen, op vier asen minder als seven engels, getauxeert op dartien guldens 14 stuivers 12 penningen dese beide posten also gewogen bij voornoemde Trijntie Hendrix, mede onder solemnelen eede f 13-14-12 
Gemunt geld een ent sestigh silveren ducatons, uytmakende f 192-03-00 
Vijff en dartigh valueerde rijxdaelders, doch dien onder gereekent twee stuckjes silver met op sulke rijxdaelders, op yder 2-12-00 doen also 36 rijxdaelders f 93-12-00 
Een stuck gegooten silver, bij Trijntje Hendrix gewaardeert op vijff guldens f 5-00-00 
 
Bij de selve gewaardeert drie postjes payement als 
No 71 f 3-09-00 
No 96 f 11-08-00 
No 156 f 5-00-00 
te samen f 19-17-00 
---------- 
f 1012-14-12 
 
[0326r] Gemunt goud volgens inventaris met No 157 ende 172 in specie uyytgedruckt, ter summa een hondert ses en 't negentigh Caroli guldens tien stuivers f 196-10-00 
 
Bryeven en instrumenten in eenige posten ter inventaris uytgedruckt, belopen de summa van twee duysent vier hondert Caroli guldens f 2400-00-00 
De interessen tot november 1688 gerekent belopen negen en twintigh Caroliguldens acht penningen f 29-00-08 
De vastigheden volgens inventaris bij Claes Stinnerts stadstimmerman, Seyrck Gerbens stadts metselaer beide tauxatores ordinary, onder eede getauxeert ende bij den Edele Gerechte daer toe gebruyckt, als Sybren Longerhouws huis, met 
No 167 op f 777-00-00 
No 168 op f 280-00-00 
No 169 op f 315-00-00 
No 170 op f 301-00-00 
 
Het boelgoed heeft opgebracht in vrijen gelde, een hondert acht ent negentigh gulden een stuyver, volgens boelschedulle f 198-01-00 
Hyer bij comt 't gene bij liquidatie nae off reekeninge van dominus Regnerus Lollides is ontvangen ter summa van drie ent seventigh Caroli guldens f 73-00-00 
---------- 
f 4569-11-08 
 
[0326v] Bedragende also de ommestaende twee profijttelijcke lateren te samen geaddeert sijnde, de summa van vijff duysent vijff hondert twee ent tachtentigh Caroliguldens ses stuyvers vier penningen f 5582-06-04 
 
Volght nu de schadelijcke staet 
De doodschulden sijn bevonden te bedragen ses ent sestigh Caroliguldens, vijff stuyvers volgens de resp. quitantie, bij desen vertoont ende gerojeert, dus f 66-05-00 
Het tauxeren van de huysinge ende aen de uytdraeghsters te samen de summa van negen Caroliguldens sestien stuyvers f 9-16-00 
---------- 
Bedragende also dese schadelijcke staet de summa van ses ent seventigh Caroliguldens een stuyver f 76-01-00 
 
Ende nu dese schadelijcke staet ad 76-01-00 gededuceert ende affgetrocken sijnde van bovenstaende profijttelijcke staet ad 5582-06-04 soo blijft nu noch suyver overigh vijff duysent vijff hondert ses Caroliguldens vijff stuyvers vier penningen f 5506-05-04 
[0327r] Hyer bij comt de schuyr, daer in de gortmolen staet, getauxeert door Claes Stinnerts, Schelte Pytters, Syerck Gerbens ende door den Gerechte daer toe gestelt, op een hondert vijff en 't seventigh Caroliguldens veertien stuyvers f 175-14-00 
Noch moet hierbij worden gedaen, de summa van twee en veertigh Caroliguldens, wegens 't gene de huysinge op No 169, per abuis te laegh was gebracht, door het reekenen van 255 guldens op 315 dus hier f 42-00-00 
---------- 
f 217-14-00 
f 5506-05-04 
---------- 
f 5723-19-04 
 
Hyertegens gaet aff hetgeen Dominus Regnerus Lollides als geauthoriseerde curator wegens sijn reysen en trecken en vordere moeyten, ende onkosten over desen gehadt ende geleden heeft, ter summa van vijff Caroli guldens f 5-00-00 
[0327v] Als mede de Gerechte salaris over desen sterffhuise gevallen, soo wegens het bezegelen ende inventariseren van het selve, het scheyden van dit sterffhuys ende sluytten van dien, met de authorisaties ende copien op zegeld papier, ende vordere meenighvuldige comparities ende besoignes, daer overgevallen, in alles ter summa van vier en 't negentigh Caroliguldens sestien stuyvers f 94-16-00 
En noch eindelijck wegens tauxeren aen Claes Stinnerts, Syerck Gerbens ende Schelte Pytters f 4-04-00 
item ter sake als voren aen Schelte Pytters ende Dirck Jansen over het tauxeren van 't huis ende het houtsteck ontrent het weeshuis f 2-16-00 
---------- 
f 101-16-00 
f 5-00-00 
---------- 
f 106-16-00 
 
Bedragende also dese laeste uytgave een hondert en ses Caroliguldens sestien stuyvers 
 
[0328r] En nu dese even voren gemelte uytgave aff getrocken sijnde van het voorige profijttelijcke ad 5723-19-04, soo geblijckt ende wort bevonden noch suyver over te blijven een summa van vijff duysent ses hondert en seventien Caroliguldens drie stuyvers vier penningen f 5617-03-04 
 
Van welcke 5617-03-04 sijnde de gehele profijttelijcke naegelatene effecten van wijlen Trijntie Sipkes, Evert Claesens kindt genaemt Claes Everts, in gevolge van de Legitima ende Trebellianique portie soude competeren, seven hondert twee Caroliguldens twee stuyvers veertien en een half penningen, doch reeds meer bij de testatrix voornoemd in den Testamente, de dato den 10 december 1686, gemaeckt ende aengewesen als de legitima ende Trebellianique portie is bedragende in volgende posten als eerstelijck de halve huysinge bij 't weeshuys staende bij Fedde Gerbens bewoont, gelijck mede de [0328v] halve schuyre sijnde getauxeert door voornoemde tauxateurs, bij den Gerechte daer toe specialijcken gestelt op drie hondert en een Caroliguldens, dus f 301-00-00 
Hierbij comt aen gereden gelde nu op de Stadt gestelt ter summa van vijff hondert Caroliguldens f 500-00-00 
uytmakende de summa van acht hondert en een Caroliguldens f 801-00-00 
Sijnde alsoo de vordere overige profijttelijcke tot bij vier duysent acht hondert en sestien Caroli guldens, drie stuyvers 4 penningen onder de vordere erffgenamen als Mirckjen Reyns, echte huysvrouw van voornoemde Sybren Longerhouw, Jancke Reyns, echte huysvrouw van de Gemeensman Hylaarda ende Sipke Reyns, in vriendschap met elckanderen in gelijcke portien volgens voornoemde testamentore dispositie gepart ende gedeelt f 4816-03-04 
---------- 
f 5617-03-04 
 
[ongenummerd] Dit werderom te samen geaddeert sijnde, comt effen te bedragen, de voorgaende effene profijttelijcke staat, tot vijff duysent ses hondert seventien Caroliguldens, drie stuyvers vier penningen, segh f 5617-03-04 
Hier comt noch voor ende ten profijtte van het kindt Claes Everts een legaat bij testament hem toegemaeckt bestaende in een silveren schupbeeker als mede twee silveren leepels geteekent aen de buytenkant op het blad met volle letteren Trijntie Sipkes 1688 ende aen de curator Dominus Regnerus Lollides bij legaat door Trijntie Sipkes in 't testament toegemaeckt welcke door voornoemde curator aen Claes Everts worden vereert ende gelaten, om dat het voornoemde weeskindt Claes Everts int testament van sijn wijlen bestemoeder Trijntie Sipkes sonder oyt daeren toe reden gegeeven te hebben vermeent benadeelt te sijn, alsoo [ongenummerd] met de andere erven nyet in gelijcke portie mach treden moetende met sijn aengewesene legitima en trebellianica portie te vreeden sijn, de leepels sijn bij Syerk Hylaarda ontvangen daer en boven vereerten geeft de curator Dominus Regnerus Lollides voornoemt aen Claes Everts de vijff Caroliguldens, hier voren gemelt ende aen hem voor sijn moeyten toegeleght, dus f 5-00-00 
De mede erffgenamen Mirckjen, Jancke en Sipke Reyns vereeren ende geeven, uyt vrijwillige geneegentheit, over het meergemelte kindt Claes Everts, als het tot sijn vijff en twintigh jaren sal gekomen sijn, de summa van een hondert Caroliguldens onder desen expresse bedingh nochtans datten daer aff geen sints interessen sullen mogen geeyscht ofte gevordert worden, als mede door Claes Everts vader Evert Claessen in dien het kindt voor de vijffentwintigh jaren mochte komen te overlijden, daer op geen praetens sal mogen gemaeckt worden, off daer genoemt anders sullende in dien gevallen de hondert Caroliguldens bij de donatores off den selven erven verblijven. 
[ongenummerd] Oock cedeert en geeft de secretaris Widenbrugh aen Claes Everts voornoemt thien Caroliguldens van sijn gerechts salarien over desen gevallen, sijnde deselve aen de curatoren in den testamente uytgedruckt toe geteldt ende bij de selve ontvanger, dus alhier f 10-00-00 
Dit dan alsoo sijnde den comparanten dividenten deylinge ende schiedinge van de goederen ten inventario naectelijck aengetekent ende gebleken, soo ist dat hij hier mede aenneemen ende belooven, desen altoos te sullen approberen ende van waerden te houden, desen oock altoos nae te komen, ende elx anderen het volle effect van desen te praesteren, doen hebben ende genyeten, ende alsoo een yder het sijn toegedeelde vrijelijck ende vredelijck te doen hebben ende genyten, sonder den een den ander desen aengaende voor eenige nader rekening off scheydinge te sullen off mogen molesteren samen off moeygen onder verbandt den comparanten dividenten in voornoemt qualitate geen exempte goederen, met submissie van den Hove van Frieslandt, dese stadt, ende alle andere gerechten ten eersten instantie. 
[ongenummerd] justiciabel wordende hier mede oock de gewesen curator dominus Regnerus Lollides oven dese sijne gedane curatele bedankt van wijdere administratie geexoneert ende desen belangende, voor eeuwigh geabsolveert ende volcomen gequiteert sonder naderhandts hier over eenighsints te sullen sijn aensprakelijck blijvende ongedeelt volgende drie posten, hier bevonden op folio 321 affgelinieert als een obligatie op Remmet Hendrix boendermaker ad 100 guldens capitaal, een op dr. Poulus Bontekoe boedel ad 1100 guldens capitaal en eindelijck een proces tegens Wiltetus Jelgersma waer van te sijner tijdt Claes Everts de legitima ende trebellianica is competerende in kennisse den comparanten dividenten handen, beneffens de subscriptie van de heeren commissarien ende secretaris, desen ratione off mede approbeerende ende lauderende actum op den Raedhuyse binnen Harlingen, den 20e augusti 1690. 
 
(get.) Regnerus Lollides 
 
(get.) Y H M ? 
 
(get.) Mijrcken Reyns 
 
(get.) Sierk Dirx Hylaarda 
 
(get.) Sipke Riens 
 
(get.) Lourens Jacobi Asperen 
 
(get.) A Widenbrugh