Harlingen, inventarisatieboeken

Sinds september 2016 zijn leden van de Werkgroep Archiefonderzoek, een werkgroep van de Vereniging Oud Harlingen, bezig met het overnemen van de belangrijkste gegevens uit de 33 Inventarisatieboeken van Harlingen. In deze boeken staan verslagen van inventarisaties van sterfhuizen, zoals die plaatsvonden van 1589 tot 1727. Het project RedBot stelde hiervoor welwillend de foto's van deze inventarisatieboeken beschikbaar, het Hannemahuis een werkruimte en het Stadsarchief inhoudelijke ondersteuning. We zijn ze dankbaar.

De inventarissen die aan een bepaald adres zijn toegeschreven zijn ook zichtbaar via 'Huizen -> Zoek je huis'. In onderstaande lijsten is dat adres ook zichtbaar. Een groen adres geeft aan dat het adres vrij zeker juist is. Bij niet groene adressen is dat minder zeker, maar het is hopelijk toch minstens in de buurt. Zoals altijd zijn de kolommen te sorteren door op de kolomkop te klikken, boven de tabel kan snel naar de juiste letters of de juiste pagina worden gesprongen, en door op een adres te klikken verschijnt de pagina met alle bekende gegevens van dat adres.

N.B. Alleen als de lijst is gesorteerd op datum, is de extra kolom 'relatie' te zien, omdat die alleen dan de relatie met de volgende persoon in de lijst kan weergeven.

Gegevens uit bronnen worden zorgvuldig overgenomen, maar lees- en typfouten zijn onvermijdelijk. Gegevens die niet in de bron staan maar door mij zijn aangevuld op basis van andere bronnen of andere gegevens uit dezelfde bron, zijn voorzien van een *. Gegevens die door mij aangepast of geïnterpreteerd zijn, zijn zoveel mogelijk voorzien van een verduidelijkende toelichting tussen [blokhaken]. Bij het overnemen van eigennamen is de originele spelling gehandhaafd. Soms is echter te voorzien dat een kennelijke schrijf- of spelfout in de bron een probleem zal geven bij het zoeken naar een eigennaam of bij het maken van een alfabetische index. In zo'n geval is de juiste of meest voorkomende spelling van een eigennaam aangehouden, met toevoeging van een toelichting tussen [ ]. Bij het overnemen van plaatsnamen, straatnamen en beroepen die in alfabetische indexen terecht komen is voor zover mogelijk de moderne spelling aangehouden, om het zoeken te vereenvoudigen. Mogelijk staat in een bron bijvoorbeeld Doccum, terwijl op deze website Dokkum staat. Zo wordt een glaesemaecker een glasmaker. Die spelling is voor het doel van deze website (het ontsluiten van bronnen, niet het transcriberen van bronnen) niet belangrijk.



Deze gegevens zijn voor het laatst bijgewerkt op 2023-06-24 09:18:17



Vindplaats: Tresoar, Nedergerecht Harlingen (13-16) inventarisnummer 211 folio 166r

Pand: Voorstraat 99

Inleiding: [0166r] Inventarisatie ende beschrijvinge sampt warderinge gedaen ten owerstaen van de praesiderende burgermeester Jacobus Voorda, geadsocieert met dr. Dominico Wringer secretaris, ten huise van wijlen Dirck Gerbens in lewen mr. schoenmaeker binnen Harlingen, van alle de goederen, uit- ende inschulden bij wijlen den selwe sampt sijn soon Joost Dirx metter doodt ontruimt ende naegelaten, ten versoeke van Jan Freerkx ende Abe Pytters, respective olde omen van Gerloff Jansen nae gelaten kintskint van den overleden sampt Cornelis ende IJsbrandt Joosten Heyns wegens de naegelaten goederen van wijlen Joost Dirx curatoren over Gerloff Jansen voornoemt in hun qualiteiten requiranten, ende Riemke Dirx huisvrouwe van Wytze Pybbes sampt dochter ende respective suster van de owerledenen requireerde, die oock belooft heeft onder solemnelen ede gesterckt met haer man Wytze Pybes Tallum alles getrouwelijk te sullen aengewen in handen van de burgemeester Jacobus Voorda in desen commissaris, geadsocieert met dr. Dominico Wringer secretaris, waerop is geprocedeert in maniere als volcht, desen 11e decembris 1671.

Opmerkingen: Dirck Gerbens, wonende te Harlingen, trouwt voor Gerecht van Harlingen 22-02-1636 Sydtske Joostes wonende te Harlingen. Bevestiging huwelijk. Nedergerecht Harlingen, Autorisatieboeken, invnr 114, aktenr 638, aktedatum 09-12-1671: Gerloff Jans oud 16 jaar weeskind, Weduwnaar van Lysbeth Dircks moeder, Jan Gerloffs vader, absent, naar Oost Indie Jan Freercks bakker curator, behuwd oud oom Aebe Pyters curator, behuwd oud oom Dirck Gerbens mr. schoenmaker erflater, grootvader, testament 18 juli 1667.

Inventaris: 
[0166v] De warderinge van de winckel ende winckelwaeren Wytze Pybes Talm toegwardeert sijnde door mr Fedde Pytters en Sickje Fransen volgens belofte om alles getrouwelijk te sullen doen in handen van welgedachte praesiderende burgemeester, sijn bevonden te bedragen in maniere als volcht: 
Twaelf en een vierendeel pondt Spaens leer, t pondt 33 stuivers, is f 20-00-04 
Een en twintich pond owerleer het pondt tot 15 stuivers, is f 15-15-00 
Acht en dartich pondt affval t pondt tot ses stuivers, is f 11-08-00 
Drie ent negentich pondt soolleer a 10 stuivers t pond, is f 46-10-00 
Een grootte schael met sijn ewenaer tot f 13-00-00 
Enige soo ijseren als looden wichten f 7-00-00 
Ses driestallen, een waterback met twee tafels f 3-00-00 
De winckelborden met de raemten te samen f 3-06-00 
Een hamer, snijbordt, block en hoorn t snijmes, soulood end de maet te samen f 1-16-00 
Vier en sewentich paer leesten in soorte te samen f 14-16-00 
Enich romlingh, soo leer, leesten, ende andere omballingen t samen f 2-08-00 
---------- 
f 138-19-04 
 
[0167r] vier pondt hennip t pondt ses stuivers f 1-04-00 
200 1/4 pond zoolleer t pond 10 stuivers f 100-02-08 
tien maerschip offval wegende 33 pondt t pondt ses stuivers f 15-18-00 
7 pondt Spaens eer t pondt een gulden, dartien stuivers f 11-11-00 
150 pond droogleer t pondt 15 stuivers f 112-10-00 
101 gesouten huiden wegen 6498 pond volgesn waegzedulle, yder pondt twee stuivers, twaelff penningen f 893-09-08 
---------- 
f 1134-15-00 
f 138-10-04 
---------- 
f 1273-14-04 
 
[0167v] Goederen Wytze Pybes Talm ende Riemcke Dirx echteliden toegewardeert, door ons gesworen wardeersters His Romkes en Dieuke Jans 
Bedden ende bedtskleren: 
een bedt met een puel f 60-00-00 
een paer oorkussenbs f 13-00-00 
een paer dito f 13-00-00 
een bedt met een puel f 12-00-00 
een bedt met een puel f 10-00-00 
drie oorkussens f 4-10-00 
een groene gevoerde deecken f 12-00-00 
een witte Spaense deecken f 6-00-00 
twee gardijnen ende rabath f 5-00-00 
twe ut supra f 5-10-00 
twee bedtspreden f 6-00-00 
een groen tafelspreedt f 5-10-00 
een groen schoorsteenskleed f 3-00-00 
---------- 
f 155-10-00 
 
[0168r] twee groen laekens stoelkussens f 1-00-00 
twee dito f 7-00-00 
twee dito f 7-00-00 
ses stoelkussens f 10-00-00 
 
Linnen: 
twe slapelaekens f 12-00-00 
twee dito f 18-00-00 
twe dito f 5-10-00 
twee dito f 5-00-00 
twee dito f 12-00-00 
twee bedsrpeeden f 10-00-00 
twee laeckens f 6=10-00 
twee dito f 2-15-00 
twe dito f 4-10-00 
twee peuldoecken f 5-00-00 
twee peuldoecken f 4-00-00 
---------- 
f 116-05-00 
 
[0168v] vacat 
[0169r] vacat 
[0169v] vier slopen f 8-00-00 
vier dito f 8-00-00 
twee dito f 4-00-00 
vier dito f 4-00-00 
vier dito f 6-00-00 
drie dito f 1-11-00 
twee tafellaeckens f 4-00-00 
twee dito f 3-00-00 
1/2 dosijn servetten f 5-00-00 
1/2 dosijn dito f 4-00-00 
1/2 dosijn dito f 7-10-00 
twee witte schoorsteenskleden en twe handtdoecken f 2-10-00 
 
|een pack rode onderklederen met silveren knopen f 21-00-00 
|een hoedt f 3-00-00 
|een swart laeckens mantel f 38-00-00 
[marge: dese drie perchelen hebben Joost Dirx toebehoort] 
---------- 
f 120-11-00 
 
[0170r] Oostindisch goedt: 
twee halve pampetten f 24-00-00 
een halve dito f 5-00-00 
twee dubbelde butterschuttels f 10-00-00 
twe dito f 10-00-00 
een dubbelde butterschuttel f 4-00-00 
een drielingh f 3-00-00 
twee fruchtschaelen f 4-10-00 
twee dito f 4-00-00 
twe butterpannen f 4-10-00 
twee dito f 3-10-00 
een poortschael f 3-00-00 
twee coppen f 10-00-00 
een cop f 7-00-00 
twee kopkes f 3-00-00 
twe dito f 3-10-00 
een cop f 2-10-00 
---------- 
f 101-10-00 
 
[0170v] Oostindisch goedt: 
twe coppen f 6-00-00 
twe clapmutsen f 2-10-00 
twee dito f 2-15-00 
een paer dito f 3-00-00 
drie stuckjes Oostindisch goedt f 3-10-00 
twee flessen f 6-00-00 
een spiegel f 8-00-00 
een ijseren standtkandelaer f 3-00-00 
ses stoelen f 9-00-00 
een kantoor f 12-00-00 
een kewij f 28-00-00 
een eken kas f 20-00-00 
vier stoelen f 4-00-00 
---------- 
f 107-15-00 
 
[0171r] een fleys ketel f 4-00-00 
een boffert pot, twee handt blakers ende een schuymspaen f 3-05-00 
een back aker f 2-15-00 
een gootlingh f 2-15-00 
een treeft ende rooster f 1-00-00 
een coperen panne g 1-05-00 
een wafelkoecksijser f 2-15-00 
een strijckijser f 2-10-00 
een floerveger en handtstoffers en een corff f 3-00-00 
eenich holtwerck ende corffies f 1-11-00 
een spiegel f 1-05-00 
eenich steenwerck f 3-00-00 
---------- 
f 29-01-00 
 
[0171v] eenich steenwerkc f 4-00-00 
een rack, een meelvatie ende een kleerkorff f 1-11-00 
twee wateremmers schrobber ende puthaeck f 2-05-00 
een etel kassie f 3-00-00 
een tobbe f 2-10-00 
een turffkorff f 0-10-00 
een bijbel, testament etc f 3-00-00 
een mantelstock f 1-05-00 
een schilderij f 3-00-00 
een dito f 1-15-00 
 
Silver: 
een silveren beker weecht 14 7/8 loodt t loodt 29 stuyvers f 21-11-05 
een soutvat weecht 14 1/2 loodt t loodt 28 stuyvers f 21-08-00 
---------- 
f 65-15-06 
 
[0172r] 4 silveren lepels wegen 11 6/8 loodt t loodt 27 stuyvers f 16-10-00 
 
een taeffel f 1-5-00 
twee bonte schoorsteenkleden ende twee bonte taeffellaekens f 2-00-00 
eenige groene kleedties f 2-00-00 
---------- 
f 21-15-00 
f 65-15-06 
f 29-01-00 
f 107-15-00 
f 107-10-00 
f 120-11-00 
f 116-05-00 
f 155-10-00 
---------- 
f 718-02-06 
 
[0172v] Goederen bij boelgoedt vercocht sullende werden 
twee bedden ende twee puelen 
7 oorkussens 
5 deeckens 
twe paer gardijnen twee rabathen ende roede 
een groen schoorsteenskleedt 
 
Linnen: 
twee en twintich en een halff slaeplaekens 
twee wijdtlingen 
7 pueldoecken 
17 sloopen 
ses tafellaeckens 
23 servetten 
 
[0173r] 15 mans hemden 
noch ses hemden die onder de erffgenamen gedeelt sijn 
18 neusdoecken mede onder de erfgenamen gedeelt 
15 dassies Gerloff Jansen tot sijn dagelijx gebruyck toegestanden 
eenige kragen op de bleeck sijnde 
 
| twee packen mans kleren 
| een pack ondercleren 
| noch een onderbroeck 
| een hoedt 
| een paer hosen 
Dese nevenstaende goederen sijn Cornelis Gerbens bij monden besproocken van Dirck Gerbens 
 
twee witte hemdtrocken 
twe swart laeckens mantels 
een reys rock 
 
[0173v] Op de opcamer 
vier swarte stoelen 
twee schilderijen 
twee doecken voor de glasen 
 
Op de solder: 
een eecken slaepbanck 
ses schilderijen 
twe witte schaelen 
5 stoelen 
een kistie en schabeltie 
een pars 
een groen kistie 
een fleys vat 
 
In de benedenkamer: 
drie stoelen 
noch vier dito 
 
[0174r] vier stoelkussens 
noch 1 dito 
twee groene spreden 
een groen tafelspreedt 
een kantoor 
3 schilderijen 
twe albasterde bordties 
43 stucken Oostindische werck, soo groot als kleyn 
twe racken 
5 tinnen schotels 
een tinnen butterkop 
een tinnen fles 
een tinnen mingelen 
een grote fleysketel 
 
[0174v] twe messchen potties 
een messchen ondersteecker 
een coperen bedtrpanne 
een fijsel ende stamper 
twe messchen kandelaers 
een messchen pantie 
een messchen tange ende dito asschop 
 
Silver: 
drie silveren beeckers 
een silveren soutvat 
ellef silveren lepels 
een silveren cop 
noch twee silveren lepels Gerloff Jansen toegewardeert, wetende 6 1/2 loodt, yder loodt tot 27 stuivers. 
 
[0175r] een silveren brandewijnskroeske 
een silveren onderriem 
een silveren hecht 
een silveren signet 
 
Goederen Joost Dirx toebehoort hebbende: 
vier silveren lepels 
 
noch twee silveren lepels Gerloff Jansen toegewardeert wegende 6 1/4 loodt yder loodt tot 27 stuivers 
noch een silveren lepel Wytse Pybes toegewardeert wegende 3 loodt yder loodt tot 27 stuivers 
 
seventien hemden, waer onder ses onder de erfgenamen gedeylt, ende gewardeert op een somma van [niet ingevuld] ende vijff aen Cornelis Gerbens volgens testamemt besproken. 
 
Een dosijn nuesdoecken, mede onder de erffgenamen gedeylt ende gewardeert op f ... 
 
[0175v] tien beffen 
een pack swart laeckens kleren 
twee pack onderkleren 
een pack grauwe kleren 
een laekens rock 
3 paer swarte hosen 
twee paer grauwe 
 
De vorenstaende geinventariseerde goederen bij boelgoed vercocht sijnde hebben opgebracht f 760-12-00. 
 
[0176r] Vasticheden van Dirck Gerbens: 
Seeckere huisinge staende binnen deser stede aen de Voorstraat waer uit wijlen Dirck Gerbens selffs versturven is. 
Een perck staende bij de Kerckpoort daer in tien kuipen en drie kalckdobben waer onder enige ledich 
Acht kuipen bij Dirck Gerbens in huire gehadt, waer onder enige ledich ende 4 kalckdobben. 
 
Brieven ende instrumenten: 
Een obligatie op pargament geschreven tot laste van Alber Jansen op t Texel, de dato den 3e septembris 1666, continerende f 400-00-00 
 
Een dito, tot laste van Cornelis Jansen schoenmaker opt Texel de dato den 24e Octobris 1670 contineren f 1000-00-00 
---------- 
f 1400-00-00 
 
Een verzegelinge op Pieter Cornelis Roy op Texel, waer op de reste f 70-00-00 
En vermits dese drie instrumenten tot f 1470-00-00 niet in staet als proufijttelijck worden gebruickt, blijven de selve voor als in massa, ende daerom hier in rekeninge. Pro memoria. 
 
[0176v] De gerede gelden ten sterfhuise bevonden ende bij Wytse Pybes ontvangen sijn, bevonden te bedragen een duisent seven hondert ses ende twintigh caroli guldeneen stuiver vier penningen f 1726-01-04 
 
1672 februaris, martius, aprilis, noch bij Wytse voornoemd ontvangen dat hem is toegewardeert blijckt inventaris soo volght: 
155 1/4 pond drooghleer a 15 stuivers f 116-08-12 
1488 1/2 pond soleer [= zoolleer] a 10 stuivers, f 744-05-00 
550 pond afval a 6 stuivers f 165-00-00 
5 3/8 pond min 2 lood Spaans leer a 32 stuivers f 8-11-00 
---------- 
f 1034-04-12 
 
Den 22 april van Aldewarelt tot Amsterdam voor 117 souten huiden suiver gelt ontvangen tot somma van f 756-04-00 
 
Dito, voor 't leer in de Wick vercocht, door Wytse Pybes, en ontvangen suiver f 1199-07-00 
 
Den 29 en septembris voor 't leer in de Wick vercocht door Wytse voornoemd, en suiver ontvangen f 1390-04-00 
 
[0177r] 1672 Van de maent mey, tot october toe den 20sten bij Wytse Pybes, uyt sterfhuis aen leer ontvangen soo volght: 
1029 ponden soolleer t pond 10 stuivers f 510-00-00 
168 3/4 ponden drooghleer tot 15 stuivers f 126-11-04 
297 1/2 ponden afval tot 6 stuivers f 89-05-00 
19 3/4 ponden half vellen tot 14 stuyvers f 13-16-08 
---------- 
f 739-12-12 
 
1671 Den 6den decembris van Jacob Hardsen schoenmaker op Tessel aen geldt ontvangen de somma tot f 34-17-00 
Den 7den dito van Ods schoenmaker voor een rugh weeft 22 ponden tot 11 stuivers f 12-00-00 
Den 29sten dito van Cornelis schoenlapper voor een rugh ontvangen weght 20 ponden tot 11 stuivers f 11-00-00 
 
[0177v] 1671 Den 31sten decembris van Jelderen Pyters schoenlapper, ontvangen voor boeckschuldt tot f 49-14-00 
1672 Den 12 den januarij van Sjoerd Pyters, voor boeckschuldt ontvangen, tot f 28-13-00 
Den 15den dito, van Willem Willems van 't Bilt, voor boeckschuldt ontvangen, tot f 10-00-00 
Den 17den dito van Fedde Gerbens, voor boeckschuldt ontvangen f 17-16-00 
Den 18den dito van Freerck Jacobs, voor drie paar schoenen ontvangen f 8-02-00 
Den 19den dito van Hans Kistmakers weduwe, voor boeckschuldt ontvangen als rest f 0-15-00 
 
[0178r] Den 24sten januarij, van Frans Pyters ontvangen voor boeckschuld f 4-17-00 
Den 30sten dito, van Jacob Tjercks schoenlapper tot Mackum ontvangen, voor rest f 60-10-00 
Den 2den februarij, van Sicke Lubberts ontvangen bij afrekeninge van boeckschuldt f 8-10-08 
Den 20sten dito, van Jillis Martens ontvangen f 4-19-00 
Den 22sten dito, van Lammert verschieter ontvangen f 1-10-00 
Den 3den maert van Poppe Popkes mr schoenmaker tot Mackum ontvangen f 56-00-00 
 
[0178v] 1672 Den 6den maert, van Jan Jansen op Tessel, ontvangen van een desolate boedel f 18-00-00 
Den 12den dito, van Reiner Huyberts voor boeckschuldt ontvangen als rest f 1-00-04 
Den 18den dito, van Hendrick bierdragers vrouw ontvangen als rest f 3-11-00 
Dito Hendrick Popsen ontvangen f 2-08-00 
Den 15den dito Meinte Douwes ontvangen f 22-12-00 
Dito, van Sicke Fransen ontvangen voor peerdehuyden f 28-00-00 
 
Dese wert vervangen in het volgend inventaris boeck op fol 94 [= invnr 212, fol 94] 
 
VERVOLG in Invnr 212, fol 0094r: Vervolgh van inventaris van wijlen Dirck Gerbens sterffhuys in het voorgaende inventarisboek [= Invnr 211] gelaten op Folio 178 verso 
 
1672: 
Den 20en maert, van Pieter Cornelis op Derschelling ontvangen op rekeninge van sijn schuldt f 99-12-00 
Den 24en dito, van Dirck Sjoerds 6 ontvangen voor rest van Warner Sents kinderen tot f 23-12-00 
Den 30en dito, voor een paar kinderschoenen ontvangen f 0-18-00 
Den 1en april, van Harmen Jansen ontvangen voor twee paar kinderschoenen f 2-10-00 
Dito, voor een paar schoenen ontvangen f 1-10-00 
Dito, van Tettie Hillebrants, bij Sloten en afrekeninge ontvangen f 6-06-00 
 
[0094v] 1672: 
Den 9en april, van Doctor Swalue bij afreeckening ontvangen f 7-00-00 
Den 6en dito, voor een paar schoenen ontvangen f 1-13-00 
Den 7en dito, noch voor een paar schoenen ontvangen f 1-11-00 
Den 21en dito, van Pyter cnoopmaker bij afreeckeninge ontvangen als rest f 8-09-00 
Den 22en dito, van Tiedde Tjeerds van intressen ontvangen als rest f 91-00-00 
Den 28en dito, van Rommert Toskers huysfrouw, bij slot ontvangen als rest f 7-14-00 
 
[0095r] 1672: 
Den 1en may, van Willem Willems op 't Bilt ontvangen f 17-00-00 
Den 5en, van Remmert boendermaker ontvangen als rest f 0-07-08 
Den 22en dito, van Cornelis Jansen van Tessel, op rekeninge ontvangen wegens boeckschuld f 100-00-00 
Dito van Gerrryt Camps vrouw ontvangen voor twee paar schoenen f 3-14-00 
Den 26en dito, van Poppe Popkes meester schoenmaker tot Mackum als rest ontvangen f 1-04-00 
Den 30en dito, van Minne Hillebrands meyd voor een paar schoenen, ontvangen f 1-04-00 
 
[0095v] 1672: 
Den 31en may, van Freddrick Tjerckes weduw ontvangen f 4-08-00 
Den 2e julij, van Sas Dircks op reekeninge ontvangen f 22-01-00 
Den 10e dito, van Seerp Lieuwes meester schoenmaker tot Mackum ontvangen, als rest f 8-14-00 
Den 22en dito, van Jan timmermans erfgenamen op 't Tessel, bij slot ontvangen, als rest f 18-18-00 
Den 24en augusti, van Hans Jansen als curator over Wybe brouwers kindt, als rest ontvangen f 7-06-00 
Den 1en october, van Dirck Christiaens meester schoenmaker voor een huyd ontvangen f 3-16-00 
 
[0096r] 1672: 
Den 14en october, van Jilles Joostes erfgenamen, voor een paar schoenen ontvangen f 2-00-00 
Den 20en dito, van Jacob Camp voor een paar schoenen ende een paar muylen ontvangen f 4-06-00 
Den 28enn dito, van doctor Bontekoe, voor schoenen ontvangen f 11-18-00 
Den 20e dito, van Joris Freercks voor schoenen ontvangen f 16-15-00 
Den 2en november, van Jan Claessen, bij slot afrekeninge ontvangen f 1-19-00 
Den 14en dito van Claes Dirx per rest ontvangen f 27-15-12 
 
[0096v] 1672: 
Den 28en dito van Cornelis Jansen, op Texel ontvangen wegens een jaar intressen van f 1000 capitael op mey 1672 laestleden verschenen f 40-00-00 
 
1673: 
Den 4en januarij van Cornelis voornoemt, op rekeninge van sijn boeckschuldt ontvangen f 25-00-00 
Van den 30en october 1672 af tot aen den 25en maert 1673 incluys aen Wytse Pybes uyt het sterfhuys aen leer so volght: 
231 3/4 pond droogh leer a 15 stuyvers 't pondt f 173-16-04 
479 1/4 pond ruggen tot 10 stuyvers 't pondt f 239-12-08 
14 1/2 pond kalfsvellen tot 14 stuyvers 't pondt f 10-03-00 
160 1/2 pond affvallen tot 6 stuyvers 't pondt f 48-03-00 
En aen wracke huyden, peerde huyden ende kalfsvellen, ende ruggen f 50-57-00 
---------- 
f 522-01-12 
 
[0097r] 1673: 
Den 31en maart, door Wytse Pybes ende Gerloff Jansen in de Wick vercocht dit volgende leer, 30 bij 't gewicht als 't stuck, te weten, 169 pond ruggen, 82 droge huyden, 20 peerde huyden, 104 paer leysken, 150 koppen, 8 kalffsvellen, daer voor suyver ontvangen, en op gebracht tot somma van f 2812-14-00 
Dito, van Dominicus voor schoenen ontvangen f 6-06-00 
Dito, Theunis Gerbens schoenmaker tot Hindelopen ontvangen als rest ende bij slot rekeninge, blijckt quitantie met numero 1 f 4-14-00 
Den 3en junij, van Cornelis Jansen op 't Tessel, in verminderinge van sijn boeckschuldt f 25-04-00 
Den 10en dito, door Wytse Pybes ende Gerloff tot Amsterdam vercocht ende gelevert 48 ruggen soolleer wegen 973 1/2 pond, ider pond 10 stuivers, 4 penningen, belopt na aftreck van oncosten suyver bij Wytse ontvangen f 479-06-08 
 
[0097v] 1673: 
Den 22en junij, door Jan Freerks van Jaques Gerryts van Amelant ontfangen aen geldt op sijn schuldt vier ducatons en aen Wytse f 12-12-00 
Den 28en dito, van Pyter Cornelis op Der Schelling ontvangen, in verminderinge van sijn schuldt, de somma f 5-00-00 
Dito, door Wytse Pybes, en Gerloff tot Hoorn vercocht, en gelevert, so volght te weten: 
aen verscheyden personen 64 ruggen soleer wegen 1876 pond, yder pond 10 1/4 stuyvers f 448-19-00 
3 peerde huyden ider 4 gulden: f 12-00-00 
169 pond afval tot 5 1/4 stuyvers 't pond f 44-07-04 
---------- 
f 505-06-04 
 
Onder de acte van schip ende wagenvracht, op kroden ende te scheep slepen alles te samen hier off f 12-17-00 
blijck bij Wytse Houtenhuys ontvangen f 492-09-04 
 
Den 16en augustus, door Wytse Pybes van Jan Jorryts tot Leeuwarden ontvangen als rest f 36-16-00 
 
[0098r] 1673: 
Den 19en augustus, door Wytse van jonge Douwe Douwes huysman, bij slot ende afreeckeninge ontvangen, de somma f 16-07-00 
Van den 14en april aff tot den 1en october toe, door Wytse Pybes uyt het sterfhuys aen leer genoten, so volght: 
343 1/2 pond droogleer tot 15 stuyvers 't pondt f 257-19-08 
398 3/4 pond ruggen tot 10 stuyvers 't pondt f 199-07-08 
34 pond kalfsvellen tot 14 stuyvers 't pondt daar af onder eenige wracke f 34-12-08 
53 pond afval tot 5 stuyvers 't pondt f 13-04-08 
34 pond peerde huyden ider 4 gulden f 136-00-00 
---------- 
f 641-04-00 
 
Dito noch bij Wytse uyt het sterfhuys aen eeck genoten 48 ton ider tot 3-10-00 beloopt f 168-00-00 
Van den 13en october tot den 6en december incluys, door Wytse Pybes uyt het sterfhuys aen leer genoten, soo volght: 
148 pond droog leer tot 15 stuyvers 't pondt f 111-11-00 
59 pond soolleer tot 10 stuyvers 't pondt f 29-10-00 
30 1/4 kalfffellen tot 13 stuyvers 't pondt f 19-13-04 
---------- 
f 160-03-04 
 
[0098v] marge: 1673 
Den 1e october Nieuwe Stijl, door Wytse Pybes ende Gerloff Jansen in de Wick vercocht van 't sterfhuys leer gelevert aen diverse personen, so volght: 
179 ruggen wegen 3927 pond 10 en 10 1/2 stuyvers 't pondt f 2038-07-08 
870 pond afval tot 5 1/2 en oock 6 3/4 stuyvers 't pondt f245-10-00 
30 stucks overleer tot de somma f 140-00-00 
---------- 
f 2423-17-08 
 
Onder deductie van schip ende wagenfracht op kroden ende te scheep slepen hieraff tot f 23-19-00 
blijckt bij Wytse suyver ende ontvangen f 2399-18-08 
 
Den 25en dito, van grote Jan Jansen bij slot, en afreeckeninge, ontvangen f 10-09-00 
den 6en december, door Wytse Pybes van Dominicus aen geldt ontvangen voor leer aen gelevert, na aftreckt van Wytse Moyte ende andere onkosten, ter somma van f 600-00-00 
Den 27en februarij, ontvangen van doctore Rombartus voor een paer schoenen f 2-10-00 
Den 16en april, door Wytse Pybes ende Gerloff Jansen in de Wick aen diverse personen leer vercocht als volght: 
180 wegen 436 pond, tot 117-11 1/2 stuyvers 't pondt, beloopt f 2393-02-00 
 
[0099r] 735 pond afval a 6 stuyvers 't pondt beloopt f 221-05-00 
hier bij f 2393-02-00 
---------- 
f 2614-07-00 
 
Hieraff voor uytgave, van fracht en scheep brengen, en weer uyt schip arbeyden, en waeggelt to 36 f [gulden] 19 1/2 stuyvers soo blijft hier suyver voor ontvangen f 257-07-08 
 
Van den 11en december 1673 aff tot de 18en april 1674 incluys, bij Wytse Pybes van 't sterfhuys leer ontvangen als volght: 
168 pond droggleer tot 15 stuyvers 't pondt f 126-03-12 
586 pond soolleer tot 10 stuyvers 't pondt f293-02-08 
43 pond kalfvellen tot 13 stuyvers 't pondt f34-07-00 
40 koppen wegen 62 pond ider 5 stuyvers f 15-10-00 
vijff peerde huyden 't stuck 4 1/2 gulden f 22-10-00 
---------- 
f 491-13-04 
Also in eender somma tot f 491-13-04 
 
Bij de selve Wytse van 't sterfhuys eeck ontvangen 7 1/4 volle ton, tot f 23-11-04 
 
1674 
Den 21en april van de selve ontvangen voor twee jaer huyshuyr, twee hondert vier en twintigh gulden f 224-00-00 
Noch van de selve ontvangen negentigh gulden, wegens intressen van enige gelden bij hem gebruyckt geweest f 90-00-00 
Dito, aen diverse personen 40 marschappen afval vercocht, wegen 174 3/4 pond, voor de somma van f 54-11-08 
---------- 
 
[0099v] 1674 
Den 18en may 
Bij Wytse Pybes 215 pond sooleer ontvangen voor de somma van 11 stuyvers 't pondt f 118-05-00 
Den 22en dito, door Wytse van Cornelis Jansen ontvangen voor een jaer intressen van f 100 capitael tegens 4 percento f 40-00-00 
Dito, van de selve ontvangen, wegens boeckschuldt f 25-00-00 
Den 31en dito, door Wytse Pybes ontvangen voor 81 ruggen soleer wegende 1715 pond, na aftreck van de costen suyver de somma van f 917-14-00 
Den 1en junij, door Wytse voor 15 marschappen wegende 64 1/2 ontvangen de somma van f 19-07-00 
Den 26en julij, door deselve ontvangen wegens 60 koppen, 40 paer lieskes, drie peerdehuyden ende 10 kalfsvellen bij hem tot Hoorn vercocht, na aftreck van de oncosten suyver somma van f 87-10-00 
Van den 6en julij tot den 20en dito incluys door de selve Wytse vercocht 37 marschappen afvallen wegens 164 3/4 pond, a 6 stuyvers en daervoor ontvangen de somma van f 49-08-08 
 
[100r] 1674 
Den 19en julij van Jaques Gerryts op Amelant ontvangen wegens boeckschuldt f 3-03-00 
Den 20en dito, van Harmen Seurs ontvangen wegens 16 ruggen wegend 378 pond bij hen gecocht de somma van a 11 stuyvers 't pondt f 207-18-00 
Dito, Wytse Pybes selfs van 't sterfhuys leer ontvangen 14 ruggen wegende 313 pond, voor de somma van a 11 stuyvers 't pondt f 172-03-00 
Den 8en augusti, door Wytse Pybes ende Gerloff Jansen tot Rotterdam vercocht 70 ruggen wegende 155 pond, 60 koppen en 40 paer liesken wegende 252 pond, ende also daervoor suyver ontvangen na aftreck van de oncosten f 932-06-08 
Den 2en october Nieu Stijl, door Wytse Pybes ende Gerloff Jansen in de Wick vercocht, als oock hier aen enige 
 
[100v] personen gelevert als volght: 
1192 pond afvallen tot 6 1/2 stuyvers 't pondt f 373-12-00 
60 ruggen wegen 1480 pond tot 11 1/2 stuyvers 't pondt f 851-00-00 
---------- 
f 1224-12-00 
 
Onder deductie van schip ende waag en fracht sampt waeggeldt etcetera tot f 25-09-00 
Soo blijckt bij Wytse suyver ontvangen f 1199-03-00 
Den 17en october bij Wijtse van de ontvanger Nauta ontvanger, voor leer bij boelgoedt vercocht in dato den 1en april 1674 volgens boelcedulle daeraf sijnde f 2462-00-08 
Noch twee obligaties yder tot f 100 ten laste van den landschappe van Frieslandt, gedateert den 25en october 1672 ende 9 september 1673, hier pro memoria vermits in massa verblijven. 
[marge: van welcke nevens staende 28600-12-10 affgetrocken, sekere 122-15-00 geprocedeerd van wijlen Joost Dircks vercochte kledinge in vorenstaende gehele staet begrepen, comt de gemeene proufijttelijcke staet suyver te bedragen achten en twintigh duisent vier hondert seven ent seventigh Caroli guldens seventien stuyvers thien penningen, segge f 28477-17-10] 
 
Comende also de gehele proufijttelijcke staet in alles te bedragen buyten ende behaven de drie brieven van Texel uit voorgaende boeck pro memoria aengetekent, tesamen tot f 1470 gelijck mede te twee vorenstaende obligatien tot f 200 te samen die voor desen pro memoria gestelt zijn ende als noch in massa verblijven, de somma van acht en twintigh duysent ses hondert Caroli guldens twaleff stuyvers thien penningen f 28600-12-10 
Gelijck mede in massa verblijve de huisinge de Bonte Bock waert uit wijlen Dirck Gerbens overleden is gelijck mede sijn schoenmakers perck 
 
[0101r] Volght nu de lasten van den sterfhuyse van Dirck Gerbens 
1671 gebleken bij opulantien: 
den 29en november, aen Kornelis Dircks betaeldt voor Roeloff Lammerts voor 50 tonne eeck volgens quitantie numero 1 f 112-00-00 
den 6e desember aen Baucke Sjoerds op reeckeninge van huyden betaeldt volgens quitantie met numero 2 f 252-00-00 
dito, aen Gerben Romckes bij affreeckeninge, blijckt quitantie met numero 3 f 76-09-00 
dito, aen Sape Pieters leertouwer betaeldt, wegens arbeydsloon volgens twee quitantien met numero 4 f 14-01-00 
den 12en dito, aen Hessel Claessen betaeldt voor koehuyd, volgens quitantie met numero 5 f 10-10-00 
 
[0101v] 1671 gebleken bij quitantie: 
Aen Hans Jansen voor hoost ende schoort steengoedt, volgens quitantie met numero 6 f 6-05-00 
Den 14en december, aen Govert Hendrix voor fracht van 117 huyden na Amsterdam te schepen, volgens quitantie met numero 7 f 6-06-00 
Aen Sape Pieters leertouwer, voor arbeydsloon, volgens quitantie met numero 8 f 9-15-00 
Den 18en dito, aen Lubbert Pyters schoenmaker, voor arbeydsloon van kouschoen, volgens quitantie met numero 9 f 4-10-00 
Den 19en dito, aen Dirck Kuyper, voor een gebeent kistie, volgens quitantie met numero 10 f 3-00-00 
Den 22en dito, aen Oene Bleecker, wegens een gecochte peerdehuyd, volgens quitantie met numero 11 f 2-10-00 
---------- 
f 32-06-00 
 
[0102r] gebleken bij quitantie: 
Aen Thomas Huyberts, ende Jan Thomes betaeldt, voor waagh geldt van huyden te wegen, volgens quitantie met numero 12 f 16-12-12 
Den 24en december Jan IJsbrandts, voor een huyd, volgens quitantie met numero 13 f 10-0-00 
Den 29en dito, aen Sape Pieters leertouwer, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 14 f 2-14-00 
Aen de selve, ter sake ut supra, volgens quitantie met numero 15 f 5-00-00 
Aen de selve, ter sake ut supra, volgens quitantie met numero 16 f 5-08-00 
Den 11en januarij, aen Jacob Bouwes voor sneyden bij afreeckeninge, volgens quitantie met numero 17 f 207-05-00 
---------- 
f 246-19-12 
 
[0102v] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 11e januarij aen Frans Ewerts bij afreeckeninge betaelt, wegens huyden, volgens quitantie met numero 18 f 144-03-10 
Dito aen Foockel Hiddes, bij afreeckeninge, wegens huyden, volgens quitantie met numero 19 f 208-07-08 
Den 12en dito, aen Sybrich Martens, bij afreeckeninge, volgens quitantie met numero 20 f 6-14-00 
Dito, aen Wybe Wybes voor twaleff silveren lepels, volgens quitantie met numero 21 f 48-12-00 
Dito, aen Jasper Jaspers ende Hendrick Remmerts voor bidden van Dirck Gerbens volgens twee quitanties met numero 2 f 12-12-00 
Den 14en dito aen Sjoerd Pyters voor 't Schoenmakersgilde te bidden, volgens quitantie met numero 23 f 03-03-00 
Den 15en dito, aen Sipke Annes Jorna bij afreeckeninge voor huyden, volgens quitantie met numero 24 f 123-07-08 
---------- 
f 546-19-10 
 
[0103r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 18en januarij, aen Jan van Loen voor een huyd betaeldt volgens quitantie met numero 25 f 9-12-00 
Dito aen Sipke Hessels waegenmeester tot Bolswaert, wegens het wegen van huyden ende arbeydsloon, volgens quitantie met numero 26 f 10-03-08 
Dito aen Beytsche Eelckes, voor comenis winckelwaren, volgens quitantie met numero 27 f 4-01-12 
Dito, aen Wytse Pybes, voor huyshoudingh volgens quitantie met numero 28 f 64-17-00 
Den 19en dito, aen Cornelis Gerbens wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 28 f 27-17-08 
Dito, aen Douwe Gerryts, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 30 f 4-19-00 
---------- 
f 121-10-12 
 
[0103v] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 19en januarij, aen Tettingh Hessels betaeldt, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 31 f 9-14-00 
Den 21en diro, aen Sybren Bauckes Asinge, wegens geleverde huyden, volgens quitantie met numero 32 f 182-04-19 
Den 23en dito, aen Sjerck Nauta volgens rekeninge ende quitantie met numero 33, wegens geleverde medicijnen ten behoeve van Dirck Gerbens f 21-03-00 
Dito, aen de selve wegens geleverde medicijnen ten behoeven van Joost Dircks, volgens quitantie met numero 34 f 11-05-08 
Dito, aen Jan doodgraver, wegens het begraven van het doode lichaem van Dirck Gerbens, volgens quitantie met numero 35 f 6-04-00 
Dito Pyttie Pybes, wegens twee geleverde doodkisten, volgens quitantie met numero quitantie 36 f 42-00-00 
---------- 
f 272-11-06 
 
[0104r] 1672 volgens quitantien hier gebleken: 
De 23en januarij, aen Jan doodgraver, wegens het begraven van Joost Dirx dode lichaem, volgens quitantie met numero 37 f 14-15-00 
Den 25en dito, aen Teecke Claessen betaeldt, wegens geleverde huyden, volgens quitantie met numero 38 f 52-02-08 
Den 29en dito, aen de hopman Minne Hillebrants, wegens een jaer wachtgeldt, volgens quitantie met numero 39 f 6-6-00 
Den 1en febr, aen Reiner Fransen voor huyden, volgens quitantie met numero 40 f 139-14-00 
Den 2en dito, aen Sicco Lubberts voor geleverde wijn, volgens quitantie met numero 41 f 24-14-08 
Dito, aen Douwe Abes schoenmaker, wegens geleverde huyden bij afreeckeninge, volgens quitantie met numero 42 f 39-14-00 
---------- 
f 278-06-00 
 
[0104v ] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 5en feb, aen Dirck Pieters meester schoenmaker betaeldt, wegend geleverde huyden, volgens quitantie met numero 43 f 196-05-00 
Den 13en dito, aen Attie Hessels, wegens geleverd bier, volgens quitantie met numero 44 f 8-17-00 
Den 14en dito, aen Pyter Wybes voor een bullehuyd, volgens quitantie met numero 445 f 11-15-00 
Den 15en ddito, aen doctor Intehiema, wegens gedane diensten, in de sieckte van Joost Dirx, volgens quitantie met numero 46 f 2-02-00 
Dito, aen de selve, wegens gedane diensten in de sieckte van Dirck Gerbens, volgens quitantie met numero 47 f 9-12-00 
Dito, aen Jan seemtouwer, volgens quitantie met numero 48 f 9-04-00 
---------- 
f 237-15-00 
 
[0105r] 1672: 
Den 15en feb, aen Foppe Folckerts betaeldt, wegens quitantie meet numero 49 f 16-00-00 
Dito aen Tjeerd Bouwens hoedmaker betaeldt, volgens quitantie met numero 50 f 2-03-00 
Den 25en dito, aen Goyien Sytses, volgens quitantie met numero 51 f 4-10-00 
Aen Ettje Heeres, voor dienstbode loon, volgens quitantie met numero 52 f 9-10-00 
Den 21en dito, aen Baucke Sjoerds bij slot van reeckeninge, volgens quitantie met numero 53 f 60-03-00 
Den 2en martius, aen Hans Hendrix wegens grondpacht, volgens quitantie met numero 54 f 7-10-00 
---------- 
f 109-16-00 
 
 
 
[0105v] gebleken bij quitantien: 
Den 8en martius, aen Jan Sybes betaelt, wegens geleverde huyden, volgens quitantie met numero 55 f 142-00-08 
Den 10en dito, aen Sape Pieters leertouwer, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 56 f 5-00-00 
Den 12en dito, aen Sipke Bouwes wegens geleverde eeck, volgens quitantie met numero 57 f 209-12-00 
Den 12en dito, aen Claes Jans wegens geleverd broodt, volgens quitantie met numero 58 f 21-09-12 
Den 13en dito, aen Sape Pieters wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero f5-00-00 
Dito, aen Egbert Eckelboom, wegens geleverde eeck, volgens quitantie met numero 59 f 137-16-00 
---------- 
f 520-18-04 
 
[0106r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 15en martius, aen Eelcke Rinnerts bij afreeckeninge betaeldt, volgens quitantie met numero 60 f 37-02-06 
Dito, aen hopman Claes Valcken, volgens quitantie met numero 61 f 2-15-06 
Den 16en dito, aen Claes Auckes, volgens quitantie met numero 62 f 2317-00 
Den 18en dito, aen Pytie Foppes, volgens quitantie met numero 63 f 4-02-00 
Aen Eme IJpes, wegens geleverd bier, volgens quitantie met numero 64 f 2-05-00 
Den 30en dito, aen drie besondere personen, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 65 f 20-07-00 
---------- 
f 112-08-14 
 
[0106v] 1672 gebleken bij quitantien: 
Den 24en april, aen Joannes Sjoerds betaelt, wegens een geleverde huyd, volgens quitantie met numero 66 f 8-06-00 
Dito, aen Reintjen de Vos, volgens quitantie met numero 67 f 6-12-00 
Aen sape Pieters, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 68 f 10-18-00 
Aen de selve, ter Sake ut supra, volgens quitantie met numero 69 f 9-10-00 
Den 26en dito, aen de rentmeester Edo Reyns Wijnia, wegens de gerechte helfte van de goedschattinge, volgens quitantie met numero 70 f 70-00-00 
Dito, aen Sape Pieters, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 71 f 4-10-00 
---------- 
f 109-10-00 
 
[0107r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 26en april aen Pieter Arjens tot Franequer betaeldt, wegens geleverde huyden als rest, volgens quitantie met numero 72 f 22-09-08 
Den 24en april aen Cornelis Gerbens voor arbeydsloon, volgens quitantie met numero 73 f 84-00-00 
Den 29en dito, aen Augustinus Pieters, wegens geleverd bier volgens quitantie met numero 74 f 20-10-00 
Den 26en dito, aen Tjeerd Sybrens Suyrger, wegens geleverd sout, volgens quitantie met numero 75 f 5-00-00 
Den 30en dito, aen Cornelis Jops, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 76 f 7-14-00 
Den 5en majus, aen Geert Pieters wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 77 f 2-13-00 
---------- 
f 142-06-08 
 
[0107v] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 6en mey, aen Mayke Lenearts huysfrouw van Meinert leertouwer betaeldt, wegens huyr van 't perck, volgens quitantie met numero 78 f 29-00-00 
Dito, aen Faas Pieters wegens geleverde huyden, volgens quitantie met numero 79 f 36-05-00 
Dito, aen IJsbrand Heyns, voor arbeydsloon aen Jacob aen schoot, volgens quitantie met numero 80 f 18-01-00 
Dito, aen Jan Freerx, volgens quitantie met numero 81 f 12-15-00 
Dito, aen meester Wytse Pyters, volgens quitantie met numero 82 f 66-00-00 
Den 7en dito aen IJsbrand Joosten Heyns, wegens geleverde wijn, volgens quitantie met numero 83 f 64-16-00 
---------- 
f 226-17-00 
 
[0108r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 7en mey, aen Aebe Pyters wegens geleverde winckelwaren, volgens quitantie met numero 84 f 65-18-12 
Dito, aen Wytse Pybes betaeldt, volgens obligatie, met een half jaer interesse daerop verschenen, volgens quitantie met numero 85 f 1025-00-00 
Den 21en april, aen een wedu tot Amsterdam, wegens geleverde 60 leren emmers, door Wytse betaelt, volgens quitantie met numero 85 f 84-00-00 
Aen Take IJeges t' Sweerck, wegens vier touw sout, volgens quitantie met numero 86 f 14-00-00 
Den 25en dito, aen Andrys Leenders wegens 12 geleverde ruggen tangelen, volgens quitantie met numero 87 f 13-16-00 
---------- 
f 1302-14-12 
 
[0108v] 1672 gebleken bij quitantie: 
[Den 26en april, aen Olde Werelt, wegens geleverd Spaens leer, volgens quitantie met numero 88 f 54-01-00 
Den 27en dito, aen Harmen van den Maten, wegens geleverde eeck, volgens quitantie met numero 89 f 593-05-00 
Den 25en dito, aen Aete Fokkes, bij reeckeninge van huyden, volgens quitantie met numero 90 f 250-00-00 
Den 9en majus, aen Haye Jansen betaeldt, wegens obligatie, met intressen, volgens quitantie met numero 90 f 450-00-00 
Dito, aen Dirck Eelckes volgens obligatie ende intressen, volgens quitantie met numero 91 f 52-00-00 
[Den 9en dito, aem Haye Jansens, wegens geleverd hout, volgens quitantie met numero 92 f 12-10-00 
---------- 
f 1411-16-00 
 
[0109r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 12en majus, aen Geert Pieters betaeldt, wegens verdiend arbeydsloon, volgens quitantie met numero 93 f 7-18-08 
Den 7en dito, aen Gilles Martens, volgens quitantie met numero 94 f 15-08-00 
Den 15en dito, aen Hidde Hendricks bij afreeckeninge van huyden, volgens quitantie met numero 95 f 3-02-08 
Den 19en dito, aen Geert Pieters, wegens verdiend arbeydsloon, volgens quitantie met numero 96 f 6-05-08 
Den 22en dito, aen Sape Pieters, wegens verdiend arbeydsloon, volgens quitantie met numero 97 f 6-15-00 
Den 29en dito, aen Baucke Ziercks wegens perckhuyr, volgens quitantie met numero 98 f 9-09-00 
---------- 
f 48-18-08 
 
[0109v] 1672 gebleken bij quitantien: 
Den 30en may, aen Antie Hendrix betaeldt, wegens geleverd houdt, volgens quitantie met numero 99 f 3-05-00 
Dito, aen Hans Hendricks, wegens hooft ende schoorsteengeldt, volgens quitantie met numero 100 f 6-07-00 
Den 31en dito, aen Tjerck Feddricks, wegens twee jaren intressen op Alderheyligen 1671 verschenen, volgens quitantie met numero 101 f 180-00-00 
Den 20en junij, aen Marten Ockes, volgens quitantie met numero 102 f 3-10-00 
Den 29en dito, aen Willem Fosma, wegens geleverde kalck, volgens quitantie met numero 103 f 18-12-00 
Den 5en julij, aen Jillis Joostes erfgenamen, wegens twee obligatien ende intressen, volgens quitantie met numero 104 f 985-07-08 
---------- 
f 1197-01-08 
 
[0110r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 8en julij, aen Romcke Romckes collecteur, volgens quitantie met numero 105 f 6-04-00 
Den 9en dito, aen Saepe Pieters leertouwer betaeldt, wegens arbeysdsloon, volgens quitantie met numero 106 f 14-18-00 
Dito, aen Riemk Olpherts, wegens geleverde huydfellen, volgens quitantie met numero 107 f 510-08 
Den 10en dito, aen Niencke Reyns, volgens quitantie met numero 108 voor geleverde winckelwaren f 3-1700 
Dito, aen Niencke Reyns voor schoenen, volgens quitantie met numero 109 voor intressen f 15-00-00 
Den 10en dito, aen Roeleff Jacobs Eekma elder, volgens quitantie met numero 110 f 151-05-00 
---------- 
f 296-14-12 
 
[0110v] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 1en augusti, aen Bonne Feddes betaeldt, voor fracht, volgens quitantie met numero 111 f 3-00-08 
Den 1en dito, aen Sjoerd Pyters, wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 112 f 2-15-18 
Den 16en dito, aen Hendrick Ellerts, wegens kelder huyr, volgens quitantie met numero 113 f 5-11-08 
Den 22en dito, aen Wybe Pybes meester goldsmidt, volgens quitantie met numero 114 f 8-17-08 
Den 24en dito, aen Saepe Pieters leertouwer, volgens quitantie met numero 115 f 7-13-00 
Den 18en september, aen Reyn Upkes, wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 116 f 3-15-12 
---------- 
f 31-13-12 
 
[0111r] 1672 gebleken bij quitantie: 
Den 29en september, aen Folckert IJebbes en Jarigh Hendricks betaeldt wegens arbeydsloon, volgens quitantie met numero 117 f 15-00-00 
Den 29en september, aen Eewert Sijbbes wegens 313 ton geleverd eeck, volgens quitantie met numero 118 f 1053-10-00 
Den 3en october, aen Andries Lenerts wegens geleverde ruggen ton geleverd, volgens quitantie met numero 119 f 10-17-00 
Dito, aen Meynert Gerbrantsen wegens geleverde 60 tonne kalck, volgens quitantie met numero 120 f 116-08-00 
Den 7e dito, aen Cornelis Claessen meester schoenmaker, wegens geleverde smeerde ruggen, volgens quitantie met numero 121 f 46-06-12 
Den 16en dito, aen Saepe Pieters voor touloon, volgens quitantie met numero 122 f 24-06-00 
---------- 
f 1266-07-12 
 
[0111v] 1672 gebleken bij het acoord mede brengende quitantie: 
Den 16en october, aen Jan Gerloffs den 7en november 1672, betaeldt, volgens accoord en liquidatie de somma van f 250-00-00 
 
Gebleken bij quitantie: 
Den 18en october, aen Cornelis Gerbens, voor arbeydsloon betaeldt, volgens quitantie met numero 123 f 10-05-00 
Dito, aen Sjoerd Pieters, voor Eeckes gerechtigheyt, volgens quitantie met numero 124 f 3-00-00 
Den 26en dito, Fedde Pieters, wegens eeck, volgens quitantie met numero 125 f 92-00-00 
Den 31en dito, aen Meister Beeren glaesmaker, wegens 't maken van glasen, volgens quitantie met numero 126 f 8-06-00 
Den 20en november, aen Gerben Romckes, volgens quitantie met numero 127 f 32-03-00 
Den 26en december, aen Robijn Manes t Workum, wegens geleverde huyden en fellen, volgens quitantie met numero 128 f 22-10-00 
---------- 
f 418-04-00 
 
[0112r] 1673 gebleken bij quitantie: 
Den 16en januarij, aen Cornelis Gerbens betaeldt, wegens verdoent arbeydsloon, volgens quitantie met numero 129 f 18-11-00 
Den 16en dito, aen Sape Pieters leertouwer, wegens verdiend arbeydsloon, volgens quitantie met numero 130 f 33-10-00 
Den 17en dito, aen Minse Cornelis volgens quitantie met numero 131 wegens geleverd borg f 6-11-00 
Dito, aen Gerryt Gouckes, bij slot van afreeckeninge, volgens quitantie met numero 132 f 36-02-04 
Den 25en dito, aen Abe Pyters ende Eelcke Rinnerts soo capitaal als intressen, volgens quitantie met numero 133 f 679-12-08 
Den 28en dito, aen Ate Lolckes, bij slot van reeckeninge, volgens quitantie met numero 134 f 1-09-08 
---------- 
f 775-16-04 
 
[0112v] 1673 gebleken bij quitantie: 
Den 6en mey, aen Cornelis Gerbens betaeldt, wegens een legaat bij monde besproocken, volgens quitantie met numero 147 f 12-12-00 
Den 7en dito, aen Mayke Meynerts, voor een jaer perck huyr, volgens quitantie met numero 148 f 29-00-00 
Den 116en junij, aen Tjerck Feddricks wegens sijn moeder, volgens quitantie met numero 149 f 450-00-00 
Den 26en ddito, aen Sape Pieters, wegens verdiend arbeydsloon, volgens quitantie met numero 150 f 33-06-00 
Den 14en julij, aen Sybe Feddes, wegens verdiendt arbeydsloon, volgens quitantie met numero 151 f 2-15-04 
 
Gebleken bij de obligatie ende daerop staende quitantie: 
Den 24e dito, aen Tjerck Feddrick wegens sijn moeder, voor rest van een obligatie soo capitael als intressen, volgens quitantie met numero152 f 480-00-00 
---------- 
f 1007-13-04 
 
[0113r en 0113v ontbreken] 
[0114r] 1673 gebleken bij quitantie: 
Den 15en augusti, aen Jan Joannes betaeldt, wegens geleverde spijckers in 't perck, volgens quitantie met numero 153 f 2-08-00 
Den 20en dito, aen Gerben Geerbens metzelaer, wegens verdiend arbeydsloon, volgens quitantie met numero 154 f 10-05-00 
Den 29en dito, aen Jan doodgraver voor steenhouwen op de graven, tot last van Joost f 5-16-00, volgens quitantie met numero 155 f 12-15-00 
Den 14e september, aen Sybe Feddes, wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 156 f 14-00-00 
Dito, aen 't Landschap tot Leeuwarden, voor getauxeerde goedschattingen, volgens quitantie met numero 157 f 200-00-00 
Den 2en october Nieuwe Stijl, aen Andries Leensersen Trinsborgh, wegens 10 ruggen te ongelen, volgens quitantie met numero 158 f 9-04-00 
---------- 
f 248-12-00 
 
[0114v] 1673 gebleken bij de obligatie ende daerop staende quitantie: 
Den 1en october, aen Tjerck Feddricks wegens sijn schoonmoeder betaelt, wegens aflossinge van een obligatie, volgens quitantie met numero 159 f 2140-10-00 
Den 3en dito, aen Abe Pyters, volgens quitantie met numero 160 f 5-14-00 
Den 16en dito, aen Jacob Jansen, volgens quitantie met numero 161 f 5-05-00 
Den 7en november, aen Jan Freercks, volgens quitantie met numero 162 wegens een legaat voor den armen f 18-18-00 
Dito, aen Trijntie Gerbens, volgens quitantie met numero 163 ter causa ut supra f 31-10-00 
Dito, aen Andries Hontje wijff, volgens quitantie met numero 164 ut supra f 3-03-00 
---------- 
f 2206-00-00 
 
[0115r] 1673 gebleken bij quitantie: 
Den 25en november, aen Sape Pieters leertouwer, volgens quitantie met numero 165 f 59-10-00 
Den 1en december, aen Cornelis Gerbens, volgens quitantie met numero 166 f 8-06-00 
Dito, aen Bente Gosses betaelt, volgens quitantie met numero 167 voor vracht van leer f 3-06-00 
Dito, aen Wytse Pybes, volgens quitantie met numero 168- voor expensen bij Benten sterfhuyse gedaen f 99-16-12 
Den 20en dito, aen Cornelis Jops, wegens arbeydsloon in 't huys ende perck verdient, volgens quitantie met numero 169 f 2-06-00 
Den 22en dito, aen Jan wagenmaecker, volgens quitantie met numero 170 f 6-16-00 
---------- 
f 180-00-12 
 
[0115v en 0116r ontbreken, verkeerd genummerd, want de telling van de quitantien loopt door] 
 
[0116v] 1673 gebleken bij quitantie: 
Den 29en december aen Ayse Arjens betaeldt, wegens een goote in het perck geleverd, volgens quitantie met numero 171 f 1-19-08 
Dito, aen Haye Jansen, volgens quitantie met numero 172, wegens geleverd hout f 1-16-00 
Den 30en dito, aen Sicke Fransen als ouderman van 't Schoenmakersgild, voor 20 folle touweerck door hem geleverd tot f 3-05-00, volgens quitantie met numero 173 f 65-00-00 
Den 12e februarij, aen Sijbrand Oensen betaelt, wegens St. Jacobi schattinge ende grondpacht, van 't huys ende perck, volgens quitantie met numero 174 f 7-10-00 
Dito aen Cornelis Gerbens betaelt wegens een legaet bij Joost Dirx aen hen besproken, volgens quitantie met numero 175, tot f 8-00-00 
Den 19en dito, aen Claes smid betaelt wegens geleverde spijkers ende ijserwerck, volgens quitantie met numero 176 f 3-11-00 
---------- 
f 87-16-08 
 
[0117r] 1674 gebleken bij quitantie: 
Den 24en februarij, betaelt aen Sape leertouwer voor arbeydsloon, volgens quitantie met numero 177 f 24-10-00 
Den 2en april, aen Cornelis Gerbens wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 178 f 28-05-00 
den 10e dito, aen Meynert Menses wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 179 f 24-02-00 
Den 11en dito, aen Wytse Pybes, volgens quitantie met numero 180 aen expensen voort sterfhuys f 23-14-04 
Dito, noch aen de selve Wytse, wegens expensen bij hem ( in boelgoedt van 't leer) geexpendeert, volgens quitantie met numero 181 f 4-01-08 
Den 12e dito, aen Sape leertouwer wegenss verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 182 f 6-09-00 
---------- 
f 11-01-12 
 
[0117v] 1674 gebleken bij quitantie: 
Den 20e aprilis, aen Sjoerd serjant betaelt, wegens een tonne bier bij de schoenmakers tot sijnen huyse verteert over 't boelgoed van 't leer, volgens quitantie met numero 183 f 28-18-00 
Dito, aen Inne Gerryts betaelt voor kuyphuyr, volgens quitantie met numero 184 f 12-00-00 
Dito, aen Cornelis Gerryts betaelt voor kuiphuyr, volgens quitantie met numero 185 f 20-00-00 
Dito, aen Trijntie Gerbens, wegens twee jaren kuyphuyr, volgens quitantie met numero 186 f 18-18-00 
Den 23en dito, bij Wytse Pybes aen de curatoren van Gerloff Hansen betaelt, volgens quitantie met numero 187 f 942-04-06 
Tot naecominge van seker accoord met deselve gemaeckt, wegens sijn kinds goederen dito, bij de selve, aen de selve, volgens quitantie met numero 188 f 200-00-00 
Ten causa ut supra te weten tot betalinge van het selve .egck van Dirck Gerbens aen Joost besproken 
---------- 
f 1222-00-06 
 
[0118r] 1674 gebleken bij quitantie: 
Den 27en aprilis, bij Wytse Pybes van 't sterfhuys geld ontvanagen, ende moet hier also voor uytgave gebracht worden, volgens quitantie met numero 189 f 515-00-00 
Mede tot voldoeninge van de legaten bij wijlen Dirck Gerbens aen sijn huysvrouw volgens testament besproken betaelt, volgens quitantie met numero 190 f 13-08-00 
Den 1en may, bij deselve aen de rentenier Roossenaar betaelt, wegens houtgeld voor den jaren 1673, volgens quitantie met numero 191 f 16-00-00 
Den 14en junij, bij deselve van 't sterfhuys geld ontvangen voor veel hij aen Cornelis Gerbens soontje, enige gelden hadde betaelt, volgens quitantie die onder hem verblieven, en desen nu in een quitantie met numero 192 f 66-00-00 
Den 19en julij, bij de selve aen Sybe Feddes ende Geert Pieters betaelt, wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 193 f 14-03-00 
---------- 
f 62-11-00 
 
[0118v] 1674 gebleken bij quitantie: 
Den 2e augusti, aen Beerd Fockes glaesmaker betaelt, volgens quitantie met numero 194 van glaesmaken f 5-12-00 
Den 4en dito, aen Haye Jansen betaelt, volgens quitantie met numero 195 wegens geleverd hout f 5-02-00 
Den 5en dito, aen Cornelis Jops meester timmerman betaelt, volgens quitantie met numero 196 arbeydsloon f 2-07-00 
Den 4en julij, aen Wybe Pybes betaelt voor seven silveren lepels, volgens quitantie met numero 197 tot laste van Joost Dirx f 30-06-00 
Den 11en dito, aen Hendrick Mouts, voor vier silveren lepels betaelt, tot laste van de selve Joost, volgens quitantie met numero 198 f 17-16-04? 
Den 6en augusti, aen Wytse Pybes betaelt wegens enige onkosten gedaen, volgens quitantie met numero 199 f 14-10-00 
---------- 
f 75-13-00 
 
[0119r] 1674 geapprobeert en aengenomen: 
Den 6e augusti bij Wytse Pybes aen Trijntie Gerbens betaelt, volgens Joost Dircks testament, blijckt quitantie bij Ijsbrand Heyns berustende f 15-15-00 
Den 12e dito, bij de selve aen Gerryt Sipkes glaesmaker betaelt, volgens quitantie met numero 200 f 5-02-00 
Den 14en dito bij deselve aen Sjoerd Symens betaelt, wegens geleverd sement, volgens quitantie met numero 201 f 3-10-00 
Den 5e september bij de selve aen Jacob Hiddes betaelt, wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 202 f 7-01-08 
Den 2e october, bij de selve aen Sybe Feddes ende Geert Pieters betaelt, wegens verdient arbeydsloon, volgens quitantie met numero 203 f 18-04-08 
---------- 
f 49-13-00 
 
[0119v] 1674 gebleken bij quitantie: 
Den 7e october, Wytse Pybes aen meester Wolcama betaelt, wegens 't schilderen van 't bord (de Bock) aen 't huys, volgens quitantie met numero 204 f 7 
Den 8e dito, bij de selve aen Cornelis Jobs meester timmerman betaelt, volgens quitantie met numero 205 f 1-12-00 
Den 9en dito, bij de selve, aen Joucke Hoytes betaelt, wegens camerhuyr bij Cornelis Gerbens bewoont geweest, daer Dirck Gerbens borgh voor worden was, volgens quitantie met numero 206 f 27-15-00 
Dito, aen Ytse selfs betaelt, wegens expensen (bij hem uit ontvangen van des sterfhuys penningen) gedaen, volgens quitantie met numero 207 f 6-11-00 
Den 119en dito, aen Jan Dircks Kuyck als collecteur van de familiegelden, wegens familie geld tot aen Alderheyligen 1674 betaelt, volgens quitantie met numero 208 f 36-08-01 
---------- 
f 79-16-00 
 
[0120r] geapprobeert aengenomen: 
Noch betaeldt door Wytse Pybes aen Cornelis Pieters Roosie van Amelandt, ses gulden ses stuyvers wegens een legaat bij wijlen Dirck Gerbens aen hem besproken, dus f 6-06-00 
 
Bedragende also de somnentlijcke vorenstaende uytgaaff de somma van achtienduisent driehondert een en tachtigh Caroli gulden f 18381-00-00 
 
Welcke voorschreven somma, noch moet worden vermindert met sodanige tweehondert drie ent seventigh Caroli guldens twee stuivers, als ten laste van wijlen Joost Dircks uyt de vorenstaende gemene staet is voldaen ende betaelt, so wegens legaten als elders dus f 273-02-00 
---------- 
f 18107-18-00 
 
Blijvende noch de gemeene uytgaaff suyver de somma van achtien duisent een hondert en seven Caroli guldens achtien stuyvers. 
 
Welcke geconfereert met ende gededuceert sijnde van de voorschreven gemene proufijttelijcke staet hiervoren aengetogen tot f 28477-17-10 blijckt ende voort bevonden, noch suyver overigh te sijn, buyten ende behalven de gezegelde brieven, obligatien, huysinge ende in massa verblijven, de somma van thienduisent driehondert negen ent sestigh Caroli guldens negentien stuyvers thien penningen f 10369-19-10 
 
[0120v] Bij welcke ommestaende post tot 10369-19-10 nu weder geaddeert sijnde sodanige 150-07-00 als voor wijlen Joost Dircks uyt den gemeene massalen staet waren voldaen ende betaeldt, blijckt ende wort bevonden voor 't gemeen suyver overigh ende te delen sijn, thienduisent vijffhondert twintigh Caroli guldens ses stuyvers thien penningen f 10520-06-10 
 
Welcke in drie egale portien gedivideert sijnde, comt voor ijder van wijlen Dirck Gerbens naegelaten erffgenamen, drieduisent vijffhondert en ses Caroli guldens vijftien stuyvers acht penningen f 3506-15-08 
 
Bij welcke een dardepart ter somma van f 3506-15-08 Joost Dircks aengaende, nu weder geaddeert sijnde de gerechte dardepart van de bovengemeldte 122-15-00 makende alhier f 3629-10-08. Ende daeraff weder getrocken de voorschreven 273-020-00 blijckt eindelijck wijlen Joost Dircks aenpart suyver te blijven, ter somma van drieduisent driehondert ses en vijftigh Caroli guldens acht stuyvers acht penningen f 3356-08-08 
 
En heeft rede de mede comparant wegens sijn kindt voor 't bevestigen deses, tot 3506-15-08 getrocken ende genoten. 't Welck alhier maer dient pro memoria. 
 
[0121r] Gelijck mede oock de gerechte dardepart wegens Gerloff Jansen, bij des selfs curatores Aebe Pieters ende Jan Freerx is berustende oock tot een somma van 3506-15-08 die oock, bij nader rekeninge 't selve sullen hebben te antwoorden. 
 
En aengaende de partie van gedachte Joost Dirx tot f 3356-08-00 daeraff moet nu weder worden getrocken, sodanige vijftienhondert Caroli guldens als Wytse Wybes in voornoemde qualiteit ontvangen heeft, tot betalinge van het legaat hem wegens sijn kindt van wijlen oost Dircks bij testament gelegateert, gelijck mede sekere duisent Caroli guldens, bij den selven wijlen Joost Dirckx ad vitam ter proufijtte van Tjeerd Cornelis soon van Cornelis Gerbens besproken ende op dese stadt op interesse gestelt, bedragende also vijffentwintighhondert Caroli guldens, blijckt ende wort also bevonden noch voor Wytse Pybes ende Gerlof jansen tesamen wegens Joost Dirx naegaelaten suyvere portie overigh te sijn, de somma van achthondert ses envijftigh caroli guldens acht stuyvers f 856-08-00 
 
Maeckende voor ijder de gerechte helfte tot vierhondert acht en twintigh Caroli guldens vier stuyvers f 428-04-00 
 
Compareerde ter secretarij alhier Gerloff Jansen burger deser stede, althans major annis sijnde, bekennende ende verklarende dat sijn curator de coopman Ysbrandt Joostes Heins, aen hem op heden op sijn versoeck heeft voldaen ende betaelt de nevenstaende summa van vierhondert acht en twintigh Caroli guldens, vier stuyvers, sulx dat hij desen daeraff, so voor capitaal als de intressen daerop verschenen tot eenhondert drie en dartigh gulden sestien stuyvers passeerde voor een generale ende absolute quitantie omme voor eeuwigh te strecken na behoren. In kennisse sijn handt. Actum den 8e september 1682 
(get.) Gerloff Jansen 
(get.) Theodorus Theodori Posthumus notarius publicum